zondag 15 februari 2015

Ochtendrituelen

Zondagochtend = gelukzaligheid. Geen wekker die afloopt in de vroege uurtjes, want we hoeven niet vroeg op te staan. In plaats daarvan wakker worden met een tevreden spinnende kat naast je. De geur van vers gezette koffie en geroosterd brood komt je tegemoet uit de keuken. Buiten fluiten de vogeltjes, binnen fluit je mannetje een vrolijk deuntje. Het ochtendzonnetje piept door de luxaflex de slaapkamer in. Ontbijt op bed met vers sinaasappelsap en warme broodjes. Romantisch hé? Het is ook niet waar. Sta mij toe u te schetsen hoe mijn zondagochtend er vandaag uitzag.

Eerst wat achtergrondinformatie. Als u de pagina “over mij” bezocht en gelezen hebt, weet u dat ik samenwoon met mijn man en onze kat. Die laatste heeft de onhebbelijke neiging op onchristelijk vroege uren door het huis te racen. Daarbij wordt de slaapkamer niet overgeslagen, een bed is een heerlijk iets om overheen te denderen. Dat wij in dat bed liggen te slapen is ons probleem. Ik hou van mijn kat maar ook van mijn slaap dus de slaapkamerdeur gaat ’s nachts dicht. Kat kan rennen en wij kunnen slapen: iedereen blij.

Vanochtend vroeg stond mijn man op om, zoals gewoonlijk, een plasje te plegen. Meestal is dat op een zodanig vroeg uur dat ik er of niet wakker van word, of heel snel weer in slaap val. Zo geschiedde ook nu. Uit compassie met “het arme beestje dat is buitengesloten” verzuimde hij echter op de terugreis de slaapkamerdeur te sluiten. Gevolg: rond half zeven – het uur waarop normaal gesproken de wekker afloopt en ik mijzelf dwing om wakker te worden en te blijven – word ik gewekt door achtereenvolgens:
1. een kattenpoot onder de dekens die haar klauwtjes in mijn zij zet
2. een luid “miaaaaaauw” in mijn oor
3. een staart in mijn snoet

Poes wil aandacht. En niet zomaar aandacht – ze wil tussen ons in komen liggen en over haar buikje gestreeld worden. Het warmste en lekkerste plekje van het hele bed eist ze voor zichzelf op. Poes’ wil is wet. Het spinnen kan beginnen. Lang duurt ’t helaas niet, poes heeft al enkele uurtjes slaap gehad en is nu wakkerrrr. Tijd om op te staan. Mijn onschuldige echtgenoot heeft het voorgaande tafereel overigens volledig gemist wegens nog in dromenland. Poes weet wel wie ze wakker maakt.

Uit bed dus, op naar de badkamer. Het toilet bezoeken, tandjes poetsen, haren ordenen, u kent dat wel. (Noot: ik poets mijn tanden ‘s ochtends voor het eten en erna nog eens. Waarom weet ik eigenlijk niet.) In de tijd die ik op de badkamer nodig heb is poes op de kattenbak geweest en al een keer of tien heen en weer gelopen tussen bad- en woonkamer. Als ik drie stappen durf te zetten plakt ze aan mijn hielen vast. Ik heb een fan.

Poes krijgt harde brokjes en vers water, maar dat interesseert d’r allemaal niet zo. Ze volgt me nog steeds overal, ik krijg kopjes en vragende blikken. Als ’t wat te lang duurt naar haar zin krijg ik ook commentaar in de vorm van “prrrt” geluidjes en kleine miauw-tjes. “Waar blijft mijn nat voer?” Elke ochtend krijgt poes namelijk een beetje lekkers, te weten: Sheba delicatessen zalm in gelei. En poes weet dat donders goed. Als ik het waag iets anders voor te schotelen krijg ik eerst een verbaasde en vervolgens een verbolgen blik toegeworpen. Het geserveerde prutje blijft onaangeroerd, poes loopt er met een boogje omheen. Zalm in gelei moet het zijn en anders niets. Basta. Dus dat krijgt ze.

Eerst krijgt poes haar ontbijt, dan ben ik zelf aan de beurt. Manlief slaapt nog steeds en maakt af en toe schattige snurkgeluidjes. Te schattig om wakker te maken dus dat doe ik dan ook (nog) niet. Ik heb vandaag geen zin in geroosterd brood, dus rooster geen brood. Voor koffie vind ik het nog te vroeg, dat komt pas later op de voormiddag of zelfs pas na de middag. Het ruikt altijd wel lekker ’s morgens, dat geef ik toe. Ik heb vandaag zin in fruit, dus sla aan het schillen. Sinaasappel, mineola, kaki, peer, appel, mandarijn – het gaat allemaal in de blender. Daarbij een schaaltje Alpro mild & creamy met zelfgemaakte granola. 


Een goed boek, John Mayer op de achtergrond en in alle rust ontbijten. Zen. Tegen de tijd dat ik mijn ventje wakker maak heb ik al een lading verse granola in de oven zitten en verspreidt de geur van kaneel en vanille zich door het huis.

Okee de werkelijkheid is misschien iets minder romantisch dan het geschetste droombeeld, maar toch: zondagochtend = gelukzaligheid. Ik ben een geluksvogel, en op ochtenden als deze besef ik dat eens te meer.

En poes? Zij sliep nog lang en gelukkig.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten