vrijdag 9 januari 2015

Van omni naar vega naar vegan

Na ongeveer 30 jaar omnivoor-zijn vond ik het tijd voor iets anders. Ik at zo ongeveer elke avond hetzelfde: aardappels – vlees – groente. Ook wel eens spaghetti of oosters, maar heel veel variatie zat er niet in. Dat ik zelf niet kon koken werkte nou ook niet echt in mijn voordeel. Op een avond zat ik te lezen (ik lees graag en veel) over boeddhistische monniken. Een van de leefregels die zij volgen is, vrij vertaald, “gij zult niet doden”. Na het lezen van een klein, ogenschijnlijk onschuldig zinnetje, sloeg ik opeens radicaal aan het denken. Dat zinnetje was: “De meeste monniken zijn daarom vegetariërs”.

Natuurlijk wist ik wel dat biefstukken en spare-ribs niet aan de bomen groeien, maar ik had nooit echt over mijn eten nagedacht. Deze zelfbenoemde dierenvriend was helemaal niet zo diervriendelijk bezig. Van de ene op de andere dag werd ik vegetariër. En opeens opende zich een wereld van mogelijkheden. Ik zette mijn eerste, aarzelende stapjes in de keuken. Zo ontdekte ik iets heel belangrijks: wat je zelf kookt, is lekker. Mislukken doet het bijna nooit, en als dat dan toch eens gebeurt – nou en? Meestal is het toch nog wel te eten, en je weet dan in ieder geval hoe het niet moet.

De stap richting vegetariër was snel gezet. De stap richting veganist is er niet één, maar vele kleintjes. Ik ben nog steeds onderweg en neem er mijn tijd voor (stop ook eens tussendoor en geniet van het moois/lekkers). Tot nog toe heeft het mij alleen maar goeds gebracht: ik heb leren koken, eet veel gevarieerder en (volgens mij) gezonder, wat ik maak eet ik met smaak op en ik voel me er opperbest bij. Het is een verrijking.

Veganisten zijn er overigens in alle soorten en maten (het zijn net mensen). Je hebt er met een hoog ecozonnestraalhippie-gehalte (geweldige term, voor de gelegenheid even gejat van Anna) en je hebt er die biologisch belangrijk vinden maar niet Belangrijk met een grote B. Ik zit in die laatste categorie. Als het effe kan koop ik biologisch want ja het is beter en lekkerder, maar ik ben er niet consequent in en ook niet altijd even hard mee bezig. Mijn verse groenten en fruit koop ik grotendeels op de markt en kleinendeels in de natuurvoedingswinkel. Verder vind ik conserven de beste uitvinding sinds geroosterd brood en is mijn vriezer mijn beste vriend. Een maaltijd koken voor 1 persoon kost meestal even veel tijd en energie als een grote pan voor 4, dus ik kook meestal 4 porties en vries er dan 2 á 3 in. Als ik dan eens geen tijd of zin heb om te koken, plemp ik snel iets in de magnetron.

Zo heb ik stiekem toch een beetje meer over mezelf verteld, de volgende post gaat echt over eten – bij deze beloofd!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten